In principe heeft een kat geen hulp nodig bij de vachtverzorging. Een kat kan zich uren likken. Door het likken worden de losse haren verwijderd en wordt de vacht schoongemaakt. Helaas zijn er gevallen waarom en kat deze vachtverzorging niet goed kan doen en wél en handje hulp nodig heeft.
Enkele redenen waarom een kat zichzelf niet goed verzorgt:
- Tand/mondaandoeningen: de kat heeft pijn en moeite met wassen.
- Artrose: pijn aan de gewrichten, niet meer goed kunnen bewegen.
- Afwijkingen gerelateerd aan het ras: bijv. Perzen met een heel platte kop en een lange fijne vacht, dan is jezelf wassen best wel een uitdaging.
- Bij ziekte of depressie: de kat heeft er geen fut meer voor.
- Stress: dit kan leiden tot minder wassen, maar ook overmatig wassen waardoor er huid- en vachtproblemen ontstaan.
- Obesitas: veel huiskatten hebben overgewicht en bewegen niet meer zo soepel daardoor.
- In alle gevallen geldt, is er een vachtprobleem wacht niet te lang dit te verhelpen want vilt ligt op de loer en zoek daarnaast samen met mij of de dierenarts naar de oorzaak.
Hoe bepaal je dat het handig is om een kattentrimsalon te bezoeken?
- Kijk naar in welke mate de kat zichzelf wast. De Perzische kat bijvoorbeeld wast zich vrijwel niet. De vacht is daardoor sneller in de klit, dan katten die zichzelf wel verzorgen.
- Wanneer de kat ouder wordt, dan gaat het wassen vaak stroever. Niet overal kan de kat meer bij om zich te wassen. Probleemgebieden ontstaan, vooral op de heupen, billen, buik, oksels, liezen.
- Wanneer er medische klachten. Voorbeelden zijn gebitsproblemen, artrose (veelal bij oudere katten).
- Rasspecifieke aandoeningen zoals overmatig veel haar door verkeerde fok (maine coons/ragdolls) en een platte neus (persen, britse langhaar, britse korthaar) zorgen voor veel problemen. Met een platte neus kan je moeilijker jezelf wassen. Een kat gebruikt vaak ook zijn tanden om klitjes er uit te trekken. Dat lukt niet goed met een platte snoet.
- De lengte van de vacht. Een (Europese) korthaar hoeft in principe niet naar een trimsalon. Toch komen ook kortharen soms in de problemen, vooral als ze veel buiten lopen en zich niet goed wassen. Maar over het algemeen geldt hoe langer en voller de vacht hoe sneller er problemen ontstaan. Maine coon katten, Noorse boskatten, Siberische katten, Ragdolls, Heilige Birmanen hebben vaak hulp van een professional nodig.
- In hoeverre je als baas kan helpen wanneer de kat het niet zo goed zelf doet is van grote invloed. Kan jij jouw kat goed controleren op klitten en deze op tijd weghalen, dan zal je minder vaak naar een trimsalon hoeven. Maak gerust een afspraak voor uitleg over hoer je dit het beste kan doen.
Hoe vaak moet ik met mijn kat naar de trimsalon?
Het is vaak niet direct te zeggen hoe snel jouw kat weer een handje hulp kan gebruiken. Maar doorgaans merk ik dat langharige katten:
- als de Britse langhaar, Maine Coon, en Ragdoll vaak rond de 4 maanden weer klitten krijgen die de baas er niet uitkrijgt.
- Een Noorse Boskat en Siberische kat hebben vaak iets minder nodig, 4 à 5 maanden.
- Een Perzische kat komt sneller in de problemen daarvoor is 3 à 4 maanden toch vaak wel nodig.
- Een Britse Korthaar heeft een zeer volle vacht die richting de rui perioden wel wat meer verzorging kan gebruiken. Hiervoor is 1 tot 2x per jaar meestal voldoende.
In de salon merk ik bij een 2de afspraak vaak welke frequentie het beste past. En zelfs dan zijn er natuurlijk nog andere zaken van invloed zoals de luchtvochtigheid in huis (zorg dat deze rond de 50% zit), of de kat buiten komt (zon/regen/vuil), of de baas met vakantie is geweest (stress).
Wil je weten hoe je jouw kat kan helpen met de vachtverzorging, lees dan deze blog.
